Deze nasi maakte mijn vriend laatst en ik vond hem zo lekker. Dus ik heb het recept bij hem opgevraagd. Het vlees is een beetje zoutig en zoetig tegelijkertijd, en is goed op smaak door de kruiden. En door de kool, wortel en bosui in het gerecht krijg je toch een goede portie groente binnen.
2 porties | 60 minuten
Ingrediënten
- 250 g speklappen
- 2 tl vissaus
- 2 el vloeibare palmsuiker (optioneel)
- 2 tl gemalen koriander
- 2 tl gemalen komijn
- 2 el milde olijfolie
- 150 g rijst
- 1 ui
- 1 duim gember
- ½ bol knoflook
- ½ kleine Chinese kool
- 1 grote wortel
- 3 eieren
- 2 bosui ter garnering
- ½ limoen, voor erbij
Bereiden
1. Kook de rijst. Bereid de rijst volgens de instructies op de verpakking en laat het afkoelen. Je kan de rijst ook een dag van te voren al koken, dan werkt het nog beter.
2. Maak het vlees. Snijd het vlees in reepjes van ongeveer 3×1 cm. Maak een marinade van de ingrediënten tot en met de olijfolie en marineer het vlees hierin gedurende minimaal 30 minuten, bij voorkeur enkele uren. Bak vervolgens het vlees krokant in een pan op middelhoog vuur. Zorg ervoor dat het niet aanbrandt door de suikers in de marinade kan dat snel gebeuren.
3. Maak de nasi. Snipper de ui en bak deze aan in een wok met wat kokosolie of milde olijfolie. Snijd de Chinese kool in repen en de wortel in kleine blokjes. Voeg deze toe aan de pan en bak ze mee. Hak de gember en knoflook fijn en voeg ze ook toe aan de pan. Bak gedurende 3 minuten. Voeg dan de gekookte rijst toe en roerbak gedurende 10 minuten in de wok. Schraap eventuele krokante stukjes los en meng ze door de rest van de ingrediënten.
4. Maak de nasi af. Duw alles naar één kant in de wok en breek in het open gedeelte de eieren. Roer de eieren los en meng ze vervolgens door het geheel.
5. Serveer. Schep de nasi op borden en verdeel het gebakken vlees erover. Bestrooi met ringen van bosui en serveer met partjes limoen.
Eet smakelijk!