Pollo al ajillo is verslavend lekker. Nadat ik het de eerste keer gemaakt had voor een tapasavond met vrienden, stond het die week erna nog 3 keer op het menu. Ik kon er geen genoeg van krijgen. Je kan het als tapa serveren, maar het gaat ook goed als avondeten met een salade en wat glutenvrij brood, pasta of rijst erbij.
Leuk aan het gerecht is dat het maar heel weinig ingrediënten heeft (die overal te krijgen zijn) en in één pan bereid kan worden. Ideaal dus ook om op vakantie te maken. Het enige wat je echt nodig hebt is tijd, om het vlees langzaam te laten garen. Zodat het mega zacht en sappig wordt.
8 personen als tapa of 4 personen als hoofdgerecht | 75 minuten
Ingrediënten Pollo al ajillo
- 8 tenen knoflook
- 1 kg kip aan bot*
- 1 el rijstmeel**
- 250 ml kippenbouillon
- ½ citroen
- 3 laurierblaadjes
- peterselie, ter garnering
- glutenvrij brood, voor erbij
*Het lekkerste vind ik kleine kipstukken aan bot, zoals borrelpootjes of kleine vleugels.
** Of ander glutenvrij meel, zoals mais-, sorghum-, boekweit-, of quinoameel
Bereiden
1. Bak de kip. Pak een grote pan waar je ook een deksel van hebt, het liefst eentje met een dikke bodem. Doe hier een flinke scheut olijfolie in en zet op middelhoog vuur. Pak 3 van de 8 knoflooktenen en plet deze, zonder ze te pellen. Doe ze in de pan en bak 5 minuten aan, de olie gaat nu al lekker naar knoflook smaken. Doe de kip in de pan en bak in 10 minuten rondom aan, tot ze aan alle kanten goudbruin zijn. Haal de kip weer uit de pan en zet apart, de knoflook kun je in de pan laten zitten.
2. Maak de saus. Snijd de overige knoflooktenen in dunne plakjes en voeg deze toe aan de pan en zet het vuur wat lager. Laat de knoflook 2 minuten bakken. Ze worden snel bruin, wat lekker is – maar zorg dat ze niet verbranden. Voeg het meel toe aan de pan en bak 1 minuut mee. Voeg nu de bouillon, het sap van de halve citroen en de laurierblaadjes toe aan de pan. Als er aanbaksels op de bodem van de pan waren ontstaan, kun je die nu los schrapen en door de saus roeren. Breng de saus aan de kook.
3. Stoof de kip. Zet het vuur laag, zodat de saus tegen de kook blijft. Doe de kip weer terug in de pan en zet de deksel op de pan. Laat het nu 45 minuten stoven. Je hoeft in deze tijd even niks meer te doen, behalve af en toe te controleren of het niet aanbakt en misschien een beetje doorroeren. Haal de laatste 10 minuten de deksel van de pan, zodat de saus iets dikker wordt.
4. Serveer. Serveer de kip, samen met de saus. De saus is namelijk minstens net zo lekker als de kip zelf. Serveer het als tapa met wat peterselie erover, brood erbij of als avondeten met wat brood en salade.
Buen provecho!
Meer Hashimoto-proof kiprecepten?