Toen ik net ziek was en dacht aan herstel, zag ik een soort nette stijgende lijn voor me. Elke dag een beetje beter dan de vorige, met aan het einde het vooruitzicht van volledig herstel. Maar de weg van herstel blijkt in de praktijk helemaal niet zo recht te lopen. Het zit vol hobbels, kuilen, en heuvels, vol pieken en dalen.
Soms gaat het ineens met sprongen vooruit, voel ik me weer helemaal ‘normaal’, en dan opeens komen er weer klachten terug. Afgelopen week was weer zo’n moment dat er opeens weer klachten waren, vooral migraine. Gelukkig niet heel heftig, maar wel een week lang elke dag. En dan zit er niks anders op dan mijn plannen aanpassen.
Ik heb alle afspraken die ik had staan even afgezegd of aangepast en mijn computer gemeden. Veel rust voor mezelf ingebouwd en extra goed voor mezelf gezorgd. En nu gaat het weer een stuk beter.
Maar wat ik mooi vond om te merken is dat ik dit keer niet in paniek raakte van de terugkerende klachten. Het doemdenken bleef weg. Ik ben niet meer bang dat deze terugval blijvend is of dat het allemaal nooit meer goed komt. En dat is zo ontzettend fijn; het maakt eigenlijk al het verschil.
Dit komt door twee dingen. Ten eerste, omdat ik door de duur van mijn ziekte steeds meer gewend ben geraakt aan de hobbels en heuvels in de weg. Het idee van een recht pad naar herstel heb ik steeds meer kunnen loslaten.
Daarnaast, omdat ik sinds ik anders ben gaan eten voel hoe mijn lichaam aan het herstellen is. Steeds meer energie krijgt en op alle vlakken steeds beter functioneert. Maar ik voel ook dat mijn lichaam hiervoor tijd nodig heeft, want het moest van heel ver komen.
Voor ik anders ging eten had ik vaak weken lang vrij heftige migraine en zo weinig energie dat ik hele dagen op bed lag. Dus ik moet mijn lichaam de tijd geven om zich te kunnen herstellen. Het aanpassen van mijn eten en meer rust inbouwen in mijn leven is geen quick fix, maar zijn essentiële bouwstenen voor duurzaam herstel. En ik voel gewoon hoe het voor me aan het werken is, en dat geeft me veel vertrouwen.